"Drie jaren geleden pas begonnen en nu al op de WDF World Masters" - Het bijzondere verhaal van de voormalige vriendin van wereldkampioen Snooker

Terwijl PDC-toppers in Dortmund het EK Darts afsloten, stond in Boedapest het WDF World Darts Festival in de startblokken. Een gigantisch en prestigieus toernooi binnen de wereld van het amateurdarts. Eén van de opvallende namen op de deelnemerslijst: Gaelle Dept, een 32-jarige Belgische speelster uit Sint-Katelijne-Waver die in korte tijd een opmerkelijke weg heeft afgelegd. Drie jaar geleden gooide ze haar eerste pijlen, en deze week staat ze aan de oche van een internationaal podium.

“Ik heb al wat meegemaakt, maar ik doe het spelletje zo graag,” zegt Dept tegenover Het Nieuwsblad. Wie haar Instagram-pagina opent, wordt verwelkomd met de zin ‘You might know me from darts’ — een knipoog naar haar groeiende bekendheid in de sport. Overdag is ze IT-projectleider bij Umicore, maar in haar vrije tijd leeft ze voor darts. “Sporten zit in mijn bloed,” vertelt ze. “Ik speel tennis, volleybal en ik loop regelmatig – onlangs nog in Chicago – maar mijn hart ligt bij darts. Ik heb altijd wel wat coördinatie gehad, en daardoor was ik er vrij snel mee weg, denk ik.”

Dept stond enkele jaren geleden in de schijnwerpers om een heel andere reden. Ze was vijf jaar lang de partner van snookerwereldkampioen Luca Brecel. “Dat is intussen zo’n drieënhalf jaar geleden,” zegt ze nuchter. “We zijn zonder ruzie uit elkaar gegaan en elk onze eigen weg gegaan. Ik heb het leven van een topsporter van dichtbij meegemaakt, met alle reizen, toernooien en druk die daarbij komen kijken. Dat was een leerrijke periode, maar het is een afgesloten hoofdstuk.”

Vandaag kiest ze bewust voor een rustiger leven, samen met haar huidige partner en pluszoon. “Ik hou mijn privéleven graag wat in de schaduw. Nu is het mijn beurt om te groeien, op mijn eigen manier.”

Haar dartscarrière begon eerder toevallig. “Ik had op vrijdagavond plots tijd door een wijziging in de volleybalcompetitie. Een collega vroeg of ik eens mee wilde doen aan een competitie in een café – pub darts, zoals ze dat noemen. In het begin stond ik daar wat sceptisch tegenover. Ik had niet meteen het beste beeld van die wereld, maar ik dacht: waarom niet?”

Wat begon als een vrijblijvende avond ontspanning, werd een openbaring. “Ik ben er gewoon ingerold. Zonder verwachtingen, zonder doel. En ik won meteen mijn eerste wedstrijd. Dat was een enorme verrassing, zowel voor mezelf als voor de rest. Niet veel later gooide ik mijn eerste 180 en een 105-finish. Mensen vroegen zich af: Wie is die Gaelle in godsnaam?”

Maar succes brengt ook druk met zich mee. “In de terugronde begonnen mensen te zeggen dat ze moesten ‘oppassen voor mij’. En plots voelde ik de verwachtingen, ook van mezelf. Ik begon te trainen, maar toen ging het net minder goed. Darts is een mentaal spel – dat heb ik snel geleerd. Ik moest leren omgaan met frustraties, met het gevoel dat het soms gewoon niet lukt. Maar ik ben blijven doorgaan. Dat verrassingseffect, dat spel tussen plezier en concentratie, dat blijft het mooiste aan darts.”

Gisteren stond Dept aan de start van haar grootste uitdaging tot nu toe: de World Masters in Boedapest, met 5.000 euro prijzengeld voor de winnares. Ze kwalificeerde zich op bijzondere, zelfs tragische wijze.

“Ik was vijfde op de Belgische ranking na zes toernooien,” legt ze uit. “De top vier mocht naar Boedapest, dus ik kwam net één leg tekort. Uiteindelijk kreeg ik toch een plek door het overlijden van Peggy van Meir, die als derde was geëindigd. Zij overleed onverwacht in augustus, op amper 48-jarige leeftijd, aan een hersenbloeding. Dat was een enorme schok. Peggy was een fantastisch mens, altijd positief en geliefd door iedereen. Ik zal mezelf altijd nummer vijf blijven noemen. Dit toernooi speel ik voor haar.”

De familie van Peggy reist mee naar Boedapest om haar te eren. “We nemen haar energie mee. Ze had zelf nog nooit gevlogen, dus dat maakt het extra speciaal. Als team zullen we haar zeker in gedachten houden.”

Dept kijkt met vertrouwen naar de toekomst. “Ik ben de laatste jaren enorm verbeterd. Technisch, maar vooral mentaal. Ik probeer er het beste uit te halen op het moment zelf. Als ik me 80 procent voel, dan probeer ik er 81 procent uit te halen. Vergelijken met anderen doe ik niet meer — dat zorgt alleen voor frustratie. De laatste pijl telt, dat is mijn motto.”

Ze heeft inmiddels al zes toernooien gewonnen, maar houdt de verwachtingen realistisch. “Aan iemand als Beau Greaves kan ik natuurlijk niet tippen – maar dat hoeft ook niet. Ik wil gewoon zien hoever ik kan raken. Elke wedstrijd is een leerschool.”

Wie haar volgt op sociale media, ziet een andere kant van Dept. Geen standaardfoto’s of droge uitslagen, maar creatieve, vaak humoristische posts over het leven als darter. “Ik probeer darts op een leuke manier in beeld te brengen, zonder mezelf te profileren als influencer. Dat vind ik een raar concept. Ik ben daar ook wat te oud voor,” lacht ze.

“Maar ik merk dat mensen mijn enthousiasme appreciëren. Vrienden komen af met ideeën voor filmpjes of helpen me met content. Ik wil vooral tonen hoe tof darts kan zijn – met een knipoog, soms wat zelfspot, maar altijd authentiek.”

Die aanpak opent nieuwe deuren. “In november mag ik mastercaller zijn op de Ghent Open en later die maand presenteer ik het exhibitietoernooi Top of Darts. Dat had ik een paar jaar geleden nooit durven dromen.”

Toch blijft de dartswereld een uitgesproken mannenbastion. “Het is een enorme mannenwereld,” zegt Dept eerlijk. “Bij vrouwen is het moeilijk om een groot deelnemersveld samen te krijgen. Waar bij de mannen honderd inschrijvingen de norm zijn, is het bij de vrouwen vaak een uitdaging om zestien of vierentwintig deelneemsters te vinden.”

Zelf speelt ze meestal tegen mannen, en dat heeft haar beter gemaakt. “Je leert sneller, je moet scherper staan. En de meeste mannen geven graag tips – al neem ik die niet van iedereen aan,” lacht ze. “Te veel informatie is ook niet goed. Maar als iemand als Mike De Decker iets zegt, luister ik wel. Door hem gebruik ik nu andere flights, en mijn pijlen vliegen sindsdien veel beter.”

Toch heeft ze ook de minder leuke kanten van de sport ervaren. “Ik ben wel eens uitgescholden voor ‘blonde tuttebel’. En als ik win, is het volgens sommigen ‘geluk’. Er is veel jaloezie, zeker onder vrouwen, maar ik laat dat los. Soms roept er wel eens iemand iets in een café, zeker als er alcohol in het spel is. Maar ik laat dat makkelijk passeren. Ik doe het spelletje veel te graag om me daardoor te laten raken.”

Wat minder zichtbaar is, maar een grote rol speelt in haar prestaties, is haar gezondheid. Net als dartsicoon Raymond van Barneveld leeft Gaelle Dept met diabetes type 1. “Ik heb het nu 21 jaar, en toch blijft het een uitdaging. Elke dag, elke wedstrijd is anders. Adrenaline kan mijn suiker plots de hoogte in jagen, of net doen dalen. Dat maakt het moeilijk.”

Ze drinkt geen alcohol — iets wat haar helpt om stabiel te blijven. “Voor anderen is dat misschien ontspanning, maar voor mij zou het mijn suikerwaarden nog meer in de war brengen. Ik probeer altijd iets bij te hebben, zoals een banaan of blauwe bessen. Na een lange toernooidag kan ik me echt slecht voelen als ik niet goed eet. Het is niet evident om tijdens toernooien gezonde voeding te vinden, maar je doet wat je kan.”

De invloed op haar prestaties is groot. “Als mijn suiker te hoog staat, zie ik letterlijk minder goed. En dat krijg je niet zomaar gecorrigeerd. Als het te laag is, kan ik gelukkig vrij snel bijsturen met wat snelle suikers. Er is gelukkig begrip voor – als het nodig is, neem ik gewoon vijf of tien minuten pauze.”

Sport helpt haar ook om haar lichaam beter te reguleren. “Op de ochtend van een toernooi ga ik vaak lopen. Dat helpt om mijn suiker beter onder controle te houden en ik voel me energieker. Het effect houdt uren aan. Het is mijn kleine wondermiddel.”

Of ze nu wint of verliest, Gaelle Dept blijft een van de meest inspirerende verhalen in de Belgische dartswereld. In amper drie jaar tijd ging ze van toevallige caféspeler naar internationale deelnemer. Ze combineert een veeleisende job, een gezin, een chronische aandoening en een sport die alles vraagt van haar focus en discipline.

“Mijn doel? Gewoon blijven groeien,” besluit ze. “Zolang ik plezier heb, blijf ik gooien. En wie weet waar dat eindigt. De laatste pijl telt – altijd.”

Dept verloor overigens al haar groepswedstrijden op de World Masters en wist zich dus niet te plaatsen voor de knockout-fase. Vrijdag komt ze opnieuw in actie tijdens het WDF World Open.