Erik Clarys wanhoopt niet ondanks Belgisch WK-debacle: "Heel veel talent op komst"

België begon dit jaar met een recordaantal van vier deelnemers aan het WK Darts, maar geen enkele speler slaagde erin om voorbij de tweede ronde te geraken.

Ondanks deze ontgoochelende prestaties blikt Erik Clarys, zelf voormalig deelnemer aan het WK, toch tevreden terug op het afgelopen jaar. "Onze landgenoten hebben een paar goeie resultaten neergezet. Kim Huybrechts won in februari al een vloertoernooi. Dimitri Van den Bergh presteerde af en toe knap, al kende hij halverwege het jaar een terugval. Mike De Decker heeft een sterk parcours achter de rug en een stevige opmars heeft gemaakt in de ranking, en Mario Vandenbogaerde deed veel ervaring op in de European Tour. Dimitri staat nog altijd in de top zestien en Kim in de top 32. Dan is er weinig verkeerd", zegt Clarys tegenover HLN.

“Natuurlijk, dat WK... (zucht) Die resultaten vallen dik tegen. Maar je moet dat in zijn context plaatsen. Ik nodig iedereen uit om die wedstrijden eens te herbekijken. Óveral lagen kansen. Voor Vandenbogaerde was dit een leerschool. Zijn eerste WK bij de PDC. Hij kwam op voorsprong maar miste drie belangrijke pijlen, waardoor de wedstrijd kantelde. Van den Bergh stond 2-0 voor, terwijl Hempel zijn pijlen bijna uit het bord gooide. Wat was dat? Maar ‘out of the blue’ gooide die een 151 uit, en raakte hij onder stoom. Vergeet niet dat Dimitri drie matchdarts gehad heeft. Hij miste, Hempel niet. Al scheelde dat echt millimeters op die laatste, D6. Anders gooit Dimitri wellicht daarna uit voor de match."

"En als je dan kijkt naar de wedstrijd van Mike, die nét op een millimeter na die D6 mist... Dat tikkeltje geluk ontbrak", vervolgt Clarys. "En dan lees je achteraf allemaal commentaren, dat het ‘prutsers’ zijn. Maar dat is hélemaal fout. Darts is een sport van kleine marges. Je moet goed spelen, maar geluk maakt vaak het verschil. Dat is misschien het verschil tussen die dijk van een prestatie van Van den Bergh op het WK vorig jaar, en de vier Belgen die nu kerst niet halen.”

"De enige die echt met zware cijfers naar huis is gespeeld, is Kim. Die gaf zelf toe dat hij slecht gooide, en dat de aanloop naar het WK niet was zoals het hoorde. Op het podium moet alles kloppen, anders begint de molen te draaien. En nadenken, dat is verliezen. Misschien zit het wel in onze opvoeding als Belgen, als je het vergelijkt met de Nederlanders. We zijn te timide."

Clarys ziet nog een andere oorzaak voor de slechte WK-prestaties. "De grote fout die we maken is dat onze nationale toppers elkaar de overwinning niet genoeg gunnen. Daarvoor is de rivaliteit te groot. In feite moet je een maand voor zo’n toernooi wekelijks samenkomen, oefenen en elkaar naar een hoger niveau tillen, zoals ze in Nederland wel doen. Maar dat is in België een utopie.”

Veel talent op komst

Toch moet België volgens Clarys niet wanhopen. "Er staan enkele spelers te trappelen om hun opwachting te maken. Met Andy Baetens op de eerste plaats. Zijn WK-zege was hét dartshoogtepunt van het jaar. Hij heeft iedereen overklast. Hij is in de toekomst tot grote dingen in staat - top 32 in de PDC moet zeker lukken. Hij is heel stabiel, als hij de druk wat weg kan houden. Maar er zit écht wel wat aan te komen. Brian Raman bijvoorbeeld, maar ook een vijftal 17-jarigen. Ze hebben niet het talent van een Luke Littler nu, maar ze gooien momenteel echt zo goed als Luke Humphries of Michael Smith op die leeftijd deden. We moeten meer in onze jeugdwerking investeren. Met de VTM 2 Darts Academy doen we dat, maar we moeten nog meer benadrukken dat darts echt wel hun toekomst kan worden. Tien jaar geleden wou ieder kind Ronaldo zijn, nu heb je kinderen die later darter willen worden. Als ik een miljoen euro had, ik zou wel weten waar te investeren...”