“Ik geloof dat ik dit jaar elke major kan winnen” - Ross Smith boordevol vertrouwen naar World Matchplay

Ross Smith barst van het zelfvertrouwen in aanloop naar de World Matchplay, die volgende week van start gaat in de legendarische Winter Gardens in Blackpool. ‘Smudger’ verkeert in bloedvorm: hij gooide dit jaar al twee negendarters, noteerde drie whitewash-zeges op rij én won maar liefst 24 legs om de titel te pakken op Players Championship 16 in mei.

De nummer 14 van de wereld liet ook op de Euro Tour van zich spreken, met een finaleplaats op de Austrian Darts Open, waarmee hij bevestigt dat hij bezig is aan een uitstekend seizoen in 2025.

Smith, voormalig Europees kampioen, bereikte vorig jaar de kwartfinale in Blackpool, waar hij met 10-6 zijn meerdere moest erkennen in James Wade. Toch gelooft de man uit Dover dat zijn beste spel nog moet komen.

“Ik voel me op dit moment echt zelfverzekerd,” vertelt Smith. “Mijn spel zit op een heel goed niveau. Ik ben op het punt gekomen dat als ik goed speel, de resultaten vanzelf volgen. En als dat een keer niet zo is, dan ga ik gewoon door naar het volgende toernooi.”

Smith kijkt ook vooruit naar de loodzware lijst van ongeplaatste spelers in Blackpool: “Als je ziet wie er allemaal niet geplaatst zijn... Josh Rock zit daar ook tussen. Ik speelde vorig jaar tegen hem in de eerste ronde en won, maar hij is pure klasse. Martin Schindler, Daryl Gurney, Ryan Joyce — die heeft dit jaar fantastisch gepresteerd in Europa. Je krijgt simpelweg geen makkelijke loting.”

Toch is Smith duidelijk over zijn ambities: “Ik weet dat ik een major kan winnen — ik héb er al één gewonnen. En ik weet dat ik er nog één kan winnen. Sterker nog, ik geloof dat ik elke major kan winnen dit jaar. Het daadwerkelijk doen is natuurlijk iets anders, maar het geloof en het spel zijn er. Je hebt hier en daar wat geluk nodig, maar waarom zou het niet kunnen?”

Naast zijn sportieve vorm sprak Smith zich ook uit over het gedrag van sommige toeschouwers in de zaal.

“De enige keer dat het écht stoort, is als ze fluiten terwijl je gooit voor een dubbel. Dat moet eruit, vind ik. Mensen vergeten soms dat dit ons werk is. We zijn geen multimiljonairs. Ik probeer mijn huis af te betalen, ik heb een zoontje. Het is hard werken, en als je dan gefluit hoort terwijl je je concentreert, is dat frustrerend.”

Toch blijft Smith nuchter: “Ik heb er geen moeite mee als ze me uitjoelen of scanderen als ik tegen iemand speel. Als ik tegenover iemand als Peter Wright of Michael van Gerwen sta en het publiek zingt hun liedjes, zing ik soms gewoon mee. Het ontspant me zelfs. Maar fluiten tijdens een cruciale worp, dat kan écht storend zijn. Hopelijk komt er ooit een beetje meer respect van het publiek.

Aan de andere kant: ze betalen hun kaartje, net als iedereen. Misschien hoort het er gewoon bij, net als in het voetbal. En dan is het aan ons spelers om ermee te leren omgaan.”