Clayton verloor plezier in darts maar is weer hard aan het werk: ''Het vuur is nu terug''

Voor Jonny Clayton begint het WK Darts 2025 op maandag 23 december tegen Mickey Mansell of Tomoya Goto. Na een wat rustiger seizoen voor 'The Ferret' in 2024, kan hij net op tijd tot leven komen voor Ally Pally?

Ondanks het feit dat hij dit jaar slechts de kwartfinales bereikte op één belangrijke major, de World Grand Prix, heeft Clayton een mijlpaal behaald door Gerwyn Price in te halen op de PDC Order of Merit. Daardoor is de Welshman voor het eerst in zijn carrière officieel de beste darter uit Wales. “Je kunt het op twee manieren bekijken. Het is letterlijk gewoon een nummer, maar ik ben er trots op dat ik de Welshe nummer één ben, net als Gezzy toen hij dat was,” vertelt Clayton aan Polly James tijdens een recente demonstratie-evenement in Cardiff. “Het is leuk om dat op je naam te hebben staan, maar we zijn er om te darten. Het is natuurlijk een grote eer om de nummer één van Wales te zijn, dat is hartstikke leuk.''

Zowel Price als Clayton zijn de afgelopen jaren de speerpunten van het Welsh darts geweest en hebben samen meerdere World Cup of Darts-titels veroverd, gestimuleerd door een hechte vriendschap buiten de oche. “Het klikt gewoon”, zegt Clayton over zijn landgenoot. Ik ben degene die er een beetje op los rotzooit, Gezzy is serieuzer, maar we kunnen goed met elkaar opschieten en hij is een goede vriend.”

Zoals gezegd is de volgende focus van Clayton het Alexandra Palace, een plek waar hij nooit het beste record heeft gehad, zelfs niet in zijn hoogtijdagen, want hij heeft slechts één keer de kwartfinales bereikt. Gezien het feit dat Clayton zich niet eens kwalificeerde voor de recente Grand Slam of Darts, heeft hij deze keer genoeg tijd gehad om zich voor te bereiden.

“Ik ben lui, ik oefen nooit. Maar ik sta weer op het bord, dus dat betekent dat ik het goed wil doen,” zegt Clayton vastbesloten. “Ik wil verder gaan dan de kwartfinale, ik wil de halve finale halen, ik wil graag die trofee ophalen. Het wordt dus hard werken, maar als het me niet lukt, krijg je niet zomaar een halve finale. Ik ben gewoon zo lui, ik raak zo snel uitgekeken op dingen. Als ik te veel op de training speel, wil ik in het weekend niet spelen, dus het gaat erom dat ik die balans vind van wat ik vroeger deed, toen ik goed speelde.”

“Ik zal eerlijk zijn, vorig jaar na het verlies van mijn vader verloor ik mijn interesse in darts. Ik wilde het gewoon niet spelen, ik vond het niet leuk,” geeft hij tot slot toe. “Maar het vuur is nu terug.”