Staat Gary Anderson open voor een mogelijke terugkeer in de Premier League? "Nee. Zelfs niet als ik het WK win"

In een sfeervol Edinburgh schoof Gary Anderson deze week aan voor een uitgebreid gesprek met Online Darts. De tweevoudig wereldkampioen is zichtbaar ontspannen, zelfs wanneer het WK Darts al op de loer ligt. Maar achter die ontspannen glimlach schuilt een man die precies weet waar hij staat: nog altijd gevaarlijk, nog altijd geliefd, maar vooral realistischer dan ooit.

"Dit is een van de beste venues waar je kunt spelen, absoluut" zegt Anderson terwijl hij om zich heen kijkt. De Schot wordt in eigen land behandeld als een held – een rol waarop hij zichzelf niet snel betrapt. "Het gebeurd niet vaak dat ik zo behandeld word, maar hier in Edinburgh? Geweldig. De sfeer is altijd top."

Anderson draait in december traditioneel warm met een reeks demonstratieavonden. Ook dit jaar gebruikt hij ze om ritme op te bouwen richting Alexandra Palace. "December is ideaal. Dat zijn eigenlijk je oefenpotjes", legt hij uit. "Gisteravond zaten we nog in Dumfries. Daar lopen gewoon een paar échte goede darters rond. Dan wordt een demo een serieus potje, hoor."

Die voorbereiding lijkt extra welkom, want Anderson is de laatste weken zichtbaar aan het zoeken naar het juiste materiaal. Niet voor het eerst. "Ik ben in Peter veranderd, hè?" lacht hij, verwijzend naar de eeuwige materiaalzoektocht van Peter Wright. "Ik bleef maar voelen dat mijn darts te snel zakten, dus ik speel nu met plastic shafts. Ik ben nooit fan geweest van die all-in-one flights, maar eerlijk? Ze doen het eigenlijk best goed."

Ally Pally en Gary Anderson: het blijft een magische combinatie. Maar Anderson relativeert zijn kansen zoals alleen hij dat kan. "Weet je nog dat ik vorig jaar in de eerste ronde werd afgedroogd? Dat was mijn eigen schuld, iets doms." Dit jaar wacht Adam Hunt, een oude bekende uit Andersons managementstal.

“Adam is een goede speler. En de eerste ronde… vraag het aan Van Gerwen, vraag het aan Humphries: dat is de meest zenuwslopende wedstrijd van allemaal. Je móét die eerste horde overleven."

Met het veranderde format, iedereen begint nu in de eerste ronde, staat volgens hem alles nog dichter bij elkaar. "Vroeger kwam je soms iemand tegen die al op het podium had gestaan terwijl jij koud was. Dat is er nu uit. Dat maakt het eerlijker."

Het is de vraag die hem al jaren wordt gesteld: zit er nog een derde wereldtitel in? "Ik sluit het niet volledig uit, maar ik weet ook hoeveel tijd die jongens erin steken. Mijn leven ziet er anders uit. De kinderen, andere projecten… ik ben gewoon te druk. Geef me meer tijd en er is geen enkele reden waarom ik niet zou kunnen spelen zoals vijf, zes jaar geleden. De gemiddelden die ik nu gooi op de vloer? Die zijn soms beter dan van de jonge gasten. Leeftijd maakt niet uit – als je de uren maar maakt."

De halve finale van de Grand Slam of Darts 2023 blijft wringen. Anderson stond dik voor tegen Luke Humphries, maar liet de wedstrijd uit zijn handen glippen. "Dat was puur mijn fout. Van niemand anders. Ik had die wedstrijd binnen." Dit jaar zag hij zichzelf opnieuw pieken, én worstelen. "Tegen Beau Greaves móést ik goed spelen – zij is echt zo verschrikkelijk goed. En dat deed ik ook. Daarna was ik waardeloos tegen Van Gerwen. Tja, dat is wat het is."

De populariteit van Anderson is uitzonderlijk. Hij zit niet op sociale media, maar via zijn partner Rachel ziet hij genoeg voorbij komen. "De fans zijn fantastisch. 'Kom op Gary, je kunt dit winnen!' zeggen ze. Ik wou dat ik het kon! Maar ik ga het wél proberen, altijd."

"Als ik tegen mijn zoon Ty zeg dat ik nog best aardig kan gooien, zegt hij gewoon dat ik 'rubbish' ben. En eerlijk? Ik kan het niet eens helemaal ontkennen." Hoop hij dan ook dat zijn zoon professional wordt? "Nee, ik dwing hem nergens toe. Twee redenen: als ik gestopt ben rij ik niet heel het land door voor zijn toernooien, en twee: hij wordt toch nooit zo goed als zijn ouwe heer", zegt hij met een grote glimlach.

De dartswereld draait momenteel om Luke Littler. Maar Anderson wijst fijntjes op iets dat volgens hem weleens wordt vergeten. "Littler is nu nummer één, ja. Maar Humphries heeft twee jaar lang enorme bedragen moeten verdedigen. Hij verliest die plek pas net. Dat zegt hoe goed hij is." Daarom wordt 2025 volgens Anderson een belangrijk meetmoment voor 'The Nuke'. "Nu begint voor hem het verdedigen. Dán zie echt uit welk hout hij gesneden is."

De discussie over het gigantische gat tussen het WK en andere toernooien loopt al jaren. Anderson sluit zich daarbij aan. "Het is een enorme sprong. Iemand van buiten de top 32 kan naar de top vier schieten als hij het WK wint. Maar ja, zo is het nu eenmaal." Hij maakt zich vooral zorgen over spelers in de eerste ronde. "Die gasten reizen naar alle uithoeken van de wereld en komen soms na een verliespartij al weer thuis. Daar moet naar gekeken worden."

Anderson wordt door veel kenners, inclusief Phil Taylor, gerekend tot de vijf beste darters aller tijden. Zelf ziet hij dat echter totaal anders. "Ik denk daar nooit over na. Ik ben gewoon Gary. Ik heb het geluk gehad tegen Phil te spelen, tegen Michael toen hij oppermachtig was, tegen Humphries en nu Littler. Dat zijn geweldige tijden geweest." Dat zijn eigen erelijst indrukwekkend is, lijkt voor hem dan ook vooral bijzaak. "Toen ik begon gooide ik gewoon op campings en kleine toernooitjes. En kijk nu eens… de wereld rond. Een geweldige reis."

De geruchten vliegen al jaren rond: stopt Gary Anderson na dit seizoen? Zijn antwoord is typisch: "Het zou het toch verpesten als ik het nu al verklap? Ik houd het spannend." Wanneer hij wordt aangespoord dat hij zijn fans toch niet in de steek kan laten, zegt hij droog: "Je weet het nooit. Misschien. Misschien niet. Als ik het WK win, neem ik misschien wel een jaartje vrij." Maar stoppen ziet hij nog niet direct gebeuren. "Ik sta nog steeds in de top 16. Ik mis toernooien, ik speel minder, en ik sta er nog. Zo slecht is dat toch niet?"

En dan tot slot de vraag waar veel fans op hopen: zou Anderson nog één keer terugkeren in de Premier League? In dit format in ieder geval niet, dat staat vast. "Nee. Zelfs niet als ik het WK win en tweede van de wereld wordt. Zestien weken… mensen denken dat het één avond is. Maar woensdag reizen, donderdag spelen, vrijdag proberen thuis te komen… het sloopt je." Maar er is één format dat hem mogelijk zou kunnen verleiden. "Ik heb al jaren gezegd: maak twee divisies, A en B. Je speelt om de week. Dan is het te doen", besluit hij.