Wie
Daniel Larsson voor het eerst ziet spelen, ziet geen man die zichtbaar onder druk staat. Hij ademt rust, controle en nuchterheid. Maar achter die kalme façade schuilt een speler die al ruim twintig jaar een vaste waarde is binnen het Zweedse darts en die een cruciale rol heeft gespeeld in de opkomst van darts in Scandinavië. In een
uitgebreid gesprek tijdens de Modus Super Series vertelt Larsson openhartig over zijn carrière, zijn hoogtepunten, de uitdagingen van reizen en familie, en zijn liefde voor het Zweedse shirt.
Jeugd in een dorp van 300 man: “Darts werd het hart van de gemeenschap”
Larsson groeide op in een minuscuul dorp met slechts 300 inwoners, ergens “in the middle of nowhere”, zoals hij zelf zegt. Wintersport was er altijd, maar voor voetbal moest je 30 kilometer reizen. Toen de lokale gemeenschap plannen had om een karateschool te beginnen, redeneerden de kinderen dat er eindelijk wat te doen zou zijn. Maar de trainer kwam nooit opdagen.
Daarop besloot de chef van de plaatselijke herberg de vrijgemaakte kelder van het dorpshuis te gebruiken voor iets anders: dartsborden ophangen.
Er begonnen drie borden, maar binnen twee maanden waren het er elf. Jong en oud stond er dagelijks te gooien; de kelder werd het kloppende sociale hart van het dorp. “Het was voor ons jonge kinderen dé plek om met oudere spelers op te trekken. Het was gezellig, het was spannend, het was weekendgevoel, maar dan elke dag.”
Voor de jonge Larsson werd die kelder het begin van een levenslange relatie met de sport. Op zijn negende gooide hij zijn eerste pijlen, en op zijn dertiende werd hij al geselecteerd voor het Zweedse jeugdteam. De nationale ploeg zou hij vervolgens vijftien jaar lang niet meer verlaten.
De langzame starter die altijd doorzet
Wat opvallend is aan Larsson, is zijn zelfbeeld. Hij noemt zichzelf geen natuurtalent: “Ik ben nooit meteen goed ergens in. Het kost me tijd om ergens in te groeien.”
Zijn eerste 180? Die kwam pas na een jaar. Drie wedstrijden op rij winnen? Dat duurde twee jaar. Maar toen het kwartje viel, wist hij: dit is mijn sport.
Die lange adem en doorzettingsvermogen hebben hem ver gebracht. De internationale doorbraak kwam in 2008, toen hij tijdens de internationale play-offs voor het BDO-WK onder anderen Steve Farmer en de jonge Stephen Bunting versloeg. De beloning: zijn debuut op de Lakeside in 2009. “Ik was in de wolken. Het is een herinnering die ik mijn hele carrière meedraag.”
Lakeside blijft voor hem een magische plek: warm, intiem en doordrenkt met historie. Toch steekt hij niet onder stoelen of banken dat de PDC-wereld groter is, professioneler en meer toekomst biedt. Twee keer stond hij op de Lakeside, maar het is Alexandra Palace waar voor hem de échte dartsgrootheid huist.
Het vele reizen: meer kilometers, meer succes
De tweede grote duw in zijn carrière kwam na zijn Lakeside-deelname in 2015. Vanaf dat moment reisde hij intensiever door Europa. Waar hij eerst vooral op de Nordic & Baltic Tour bleef, zocht hij nu vaker Engeland, Duitsland, België en Nederland op – de landen waar je de échte rankingpunten verdient.
Die stap omhoog was noodzakelijk, maar ook zwaar. Reizen vanuit Zweden kost tijd, energie en geld. Toch wierp het vruchten af: betere prestaties, betere ranking, en uiteindelijk in 2020 een felbegeerde PDC Tour Card.
Een PDC Tour Card op het slechtst mogelijke moment: COVID
“Had ik die PDC Tour Card maar een paar jaar later gehad,” zegt Larsson zonder twijfel. De timing kon bijna niet slechter: COVID brak uit. Reizen werd bijna onmogelijk, zeker voor Zweden – een land dat internationaal zwaar bekritiseerd werd vanwege zijn coronabeleid. “Niemand wilde ons. We moesten extra testen om het vliegtuig in te komen, extra testen bij aankomst… Het was een ramp.”
Daarnaast waren de toernooien klinisch, eenzaam: spelen, terug naar de hotelkamer, wachten. Geen gesprekken, geen sociale dynamiek, geen toernooi-energie. Precies de dingen die darts leuk maken.
En dan was er nog iets anders: hij was de enige Zweedse Tour Card-houder in die tijd. Geen groepsreizen, geen teamgevoel, geen medespelers om mee op te trekken. “Nu hebben we vier Tour Card-houders in Stockholm. Ze reizen samen, ze hebben het leuk. Daar wil je deel van uitmaken.”
Zijn grootste momenten: teamspirit en grote podia
Hoewel hij prachtige individuele prestaties heeft geleverd – zijn WK-debuutzege op Robert Thornton is een van zijn mooiste herinneringen – is Larsson bovenal een teamspeler. Zijn absoluut favoriete moment?
De beslissende dubbel die teamgenoot Andreas Harrysson gooide tegen Nederland tijdens de Europe Cup Teams.
“Dat is voor mij het mooiste. Dat moment, dat gevoel, dat team… ik krijg er nog steeds kippenvel van.”
Ook het spelen op de PDC World Cup van Darts, waar hij Zweden zeven keer vertegenwoordigde, betekent veel voor hem. Vooral de Zweedse shirts geven hem kracht. “Ik groei ervan. Het maakt me groter.”
Behalve dan tegen Duitsland, merkt hij met een knipoog op: “Dan heb je de volle massa tegen je. Dat is een ander verhaal.”
De Zweedse dartsrevolutie: talent, resultaten en media
Volgens Larsson is darts in Zweden momenteel “in betere vorm dan ooit”. De kwaliteit aan de top is hoger dan zelfs in de jaren tachtig, toen namen als Stefan Lord en Magnus Caris de internationale podia bevolkten. Maar één ding ontbreekt: leden. “We hebben te weinig spelers, te weinig instroom. Dat moet groeien.”
Media-aandacht is daarbij cruciaal, zegt hij. Gelukkig zijn er initiatieven zoals Dartpodden, een Zweedse dartspodcast die steeds meer mensen bereikt. Meer zichtbaarheid betekent meer sponsors, en meer sponsors betekent verdere groei voor de sport.
Met een eigen bedrijf en twee jonge kinderen is het leven hectischer dan ooit. Hij was veel van huis in hun eerste jaren, en dat zat hem dwars.
Nu kiest hij bewust voor minder reizen: de Nordic & Baltic Tour en een paar Modus-weekenden per jaar. Meer zit er momenteel niet in – familie staat voorop. “Spijt? Nee. Maar natuurlijk zou ik graag meer spelen. De liefde voor darts blijft.”
De rust van een veteraan
Aan het einde van het gesprek krijgt hij de klassieke vraag: wat is je mooiste dartmoment ooit?
Larsson lacht. Niet één hoogtepunt, maar vele. Een carrière gevuld met herinneringen – van een kelder met drie dartsborden tot podia over de hele wereld.
Wat blijft, is de vastberadenheid. De rustige Zweed die langzaam maar zeker uitgroeide tot een van de belangrijkste gezichten van Scandinavisch darts, en die er nog lang niet mee klaar is.