Back-to-back wereldkampioen Adrian Lewis waarschuwt Luke Littler: "De geschiedenis toont aan dat je titel verdedigen bijna nooit lukt"

Het is ruim anderhalf jaar geleden dat Adrian Lewis zijn verrassende dartspauze aankondigde, maar zijn naam blijft rondzingen zodra het WK Darts in zicht komt. De tweevoudig wereldkampioen blijft, zelfs als fanatieke toeschouwer voor de tv, een maatstaf in de sport. In een gesprek met Online Darts spreekt hij over zijn liefde voor het toernooi, de opkomst van de twee Lukes, de druk op titelverdediger Luke Littler, de toekomst van de rankingstructuur én zijn eigen mogelijke terugkeer.

Dat Lewis dit jaar zelf niet meedoet aan het WK, verandert weinig aan zijn enthousiasme. "Voor mij is het simpel: Kerstmis, WK Darts, wie pakt 'm dit jaar? Dat is altijd het eerste wat door m’n hoofd gaat." Thuis wordt er sowieso gekeken, al levert dat soms verrassende taferelen op. "Ik kwam een keer thuis, liep de woonkamer in en daar zaten mijn jongens met een Luke Humphries-shirt aan. Ik dacht: wat gebeurt hier nou weer?!" lacht hij.

Zijn kinderen zijn niet de enigen die 'Cool Hand Luke' tippen als mogelijke wereldkampioen. Lewis ziet, net als de rest van de dartswereld, dat Humphries en Littler een klasse apart lijken. "Mijn zonen vroegen me vanochtend in de auto: 'Wie gaat het winnen dan?' En eerlijk… er kwamen maar vijf namen bovendrijven. Natuurlijk Humphries. Hij heeft nu die combinatie van scorend vermogen, koel blijven én ervaring in langere formats."

Lewis schuift meerdere namen naar voren, onder wie James Wade – ondanks diens wisselvallige WK-historie. “Wade zijn geluk gaat kantelen, let maar op mijn woorden. Hij kan niet nóg een keer vroeg eruit gaan." Ook een opvallende naam passeert de revue: "Callan Rydz blijft een gevaarlijke outsider. Hij heeft de laatste maanden niet veel laten zien, maar op het WK presteert hij altijd." De vraag wie wint, vindt Lewis echter onmogelijk te beantwoorden. "Er zijn te veel mogelijke scenario's. En als je de twee Lukes niet vroeg uitschakelt, dan staan ze gewoon in de finale."

Maar dat Littler het zomaar even opnieuw doet? Lewis is voorzichtig. Slechts drie spelers – Phil Taylor, Gary Anderson en Adrian Lewis zelf – wisten hun PDC-wereldtitel te prolongeren. "Het is niet te vergelijken met je eerste keer. Je komt terug in Alexandra Palace als de man die ze moeten kloppen. Iedereen zegt dat hij favoriet is, maar de geschiedenis laat zien dat je titel verdedigen bijna onmogelijk is."

Lewis weet hoe het voelt. Hij wist in 2012 zijn titel te prolongeren, al had hij dat zelf ook niet verwacht. "Ik speelde gewoon waardeloos dat jaar. Ik was overgestapt naar nieuwe darts van Target en ik kon er maar niet aan wennen. Maar toen hoorde ik Eric Bristow ineens op tv zeggen: 'He’s got no chance.' Mijn mindset sloeg in een klap op, en we weten allemaal hoe dat gelopen is. Later dacht ik weleens: als hij dat niet had gezegd, had ik er in de volgende ronde waarschijnlijk uitgevlogen."

De sfeer achter de schermen is volgens Lewis flink veranderd. "Toen ik nog fulltime speelde – en dat is nog geen drie jaar geleden – hadden we altijd lol in de oefenruimte. We waren met elkaar aan het grappen en grollen om de spanning wat weg te halen… maar zodra je op het podium stond, was het serieus."

“Nu hoor ik dat het allemaal veel serieuzer is, iedereen met oortjes in, niemand praat. Dat is niet goed. We hebben persoonlijkheden nodig. Robots maken de sport niet leuker." Lewis prijst Phil Taylor als de ultieme balans tussen professionaliteit en persoonlijkheid: "Phil was de beste ooit, maar hij wist óók hoe je spanning wegnam backstage."

Een mogelijk laatste kunststukje van Gary Anderson zou Lewis prachtig vinden. "Hij zou er dan eentje meer hebben dan ik, maar ik zou het geweldig vinden als hij nog één keer piekt. Hij is een geweldige vent, en een echte dienaar van de sport."

Het respect voor de oude garde – Anderson, Wade, Van Gerwen – is groot. "Je moet ze beschermen", lacht Lewis. "De jonge garde komt eraan en ze zijn hongerig. Maar kijk naar Michael: vorig jaar had niemand hem in de finale verwacht. Als hij dat toen kon, kan hij het nu opnieuw."

Lewis uitte vervolgens stevige kritiek op het huidige rankingsysteem. Het prijzengeld van het WK – inmiddels een miljoen pond voor de winnaar – is volgens 'Jackpot' niet eerlijk. "Als iemand nu het WK wint, blijft hij vijf jaar lang bijna gegarandeerd nummer één. Dat slaat nergens op." Volgens Lewis moet het prijzengeld van andere majors omhoog. "De World Matchplay, Grand Prix, Grand Slam… die moeten mee omhoog. Anders blijft alles te veel op het WK leunen."

Lewis vindt dat ook de Premier League toe is aan verandering. "Het heet de Premier League, maar het voelt als een toernooi dat je elke week opnieuw speelt. De PDC krijgt meestal gelijk, maar ik vind het nu een beetje saai. Als fan zou ik veranderingen willen zien."

Maar hoe lang zien we Lewis nog als fan? Zelf geniet hij ondertussen ook weer van het gooien, vooral op demonstraties. "Ik gooi regelmatig 116, 110 gemiddeld. Niet één keer, maar echt regelmatig. Alleen daarna zit ik soms weer op tachtig. Het gaat op en neer. Het belangrijkste: ik heb plezier. Maar plezier is nog iets anders dan klaar zijn voor een comeback."

De Engelsman is echter keihard voor zichzelf. "Als ik terugkeer, dan wil niet als een figurant fungeren. Ik wil niet enkel de speelschema's vullen. Als ik terugkom, wil ik winnen. En op dit moment is mijn mindset daar nog niet klaar voor."

De hamvraag: verschijnt Lewis in januari op Q-School? Zijn antwoord is duidelijk, maar nog niet definitief. "Op dit moment is de kans 40/60. Dat kan veranderen, maar nu is het nee. Ik wil niet halfbakken terugkeren. Maar denk niet dat ik klaar ben. Ik wil terugkeren. Ik zal terugkeren. Maar alleen wanneer mijn hoofd er weer 100% naar staat. Dan laat ik de jongere generatie zien wie ik ben", besluit hij.