Het
WK Darts is voor veel debutanten een meedogenloos podium, waar dromen vaak binnen enkele minuten uiteenspatten. Voor
Dom Taylor liep zijn eerste optreden in Alexandra Palace echter uit op een overtuigende bevestiging van wat hij dit seizoen al meerdere keren had laten zien op de Pro Tour.
De Engelsman rekende in de eerste ronde met duidelijke cijfers af met Oskar Lukasiak, 3-0 in sets, en deed dat met rust, controle en opvallend veel spelplezier. Taylor stond voor het eerst op het grootste podium van de dartswereld, maar oogde zelden als een nieuwkomer. Integendeel. Hij speelde zijn wedstrijd op eigen tempo, hield zijn hoofd koel op de dubbels en gebruikte het publiek in zijn voordeel. Juist dat laatste bleek een belangrijke factor in zijn optreden.
“Zodra het publiek mee begon te doen en ik daarin meeging, voelde ik me meteen comfortabel,” verklaarde Taylor na afloop
tegen onder meer Dartsnieuws. “Ik ben gewoon met de sfeer meegegaan en heb mijn eigen spel gespeeld.”
Dat het debutantengevoel vooraf wel degelijk aanwezig was, gaf Taylor ruiterlijk toe. De aanblik van Alexandra Palace maakte indruk, nog voordat hij een pijl had gegooid.
“Ik zal eerlijk zijn: ik schrok me kapot,” zei hij met een glimlach. “Toen ik naar het gebouw reed en het zag liggen, draaide mijn maag echt om. Pas tijdens het ingooien werd dat iets beter.”
Het keerpunt kwam pas echt toen hij het podium betrad en merkte dat de zaal hem omarmde. “Op een of andere manier begon het publiek me te steunen,” aldus Taylor. “Waarom weet ik niet, maar ik ging erin mee. Vanaf dat moment voelde het goed.”
Geen droomdecor, wel een droomresultaat
Opvallend genoeg voldeed het decor zelf niet helemaal aan Taylors voorstelling. “Ik had eerlijk gezegd verwacht dat het groter zou zijn,” zei hij. “Ik dacht dat het podium enorm zou zijn. Maar los daarvan heb ik er enorm van genoten.”
Dat hij al ervaring had opgedaan op grote toernooien als de UK Open en de Players Championship Finals, hielp volgens hem nauwelijks bij het gevoel van deze avond. “Dit is gewoon het grootste podium van allemaal,” stelde Taylor. “Dat geldt voor iedereen. Maar ik heb gedaan wat ik moest doen: blijven gooien en winnen wat er voor me lag.”
In sportieve zin was het optreden degelijk en efficiënt. Taylor noteerde meerdere finishes boven de honderd en kwam zelfs dichtbij een 170-finish. “Ik vond het een lekkere kans,” gaf hij toe. “Maar ik dacht niet dat hij erin ging, eerlijk gezegd.”
Littekens van vorig jaar
Het optreden in Londen had voor Taylor ook een emotionele lading. Een jaar eerder leek hij al zeker van deelname aan het WK, maar door omstandigheden bleef hij uiteindelijk thuis. Die teleurstelling werkte door, al wilde hij die niet groter maken dan nodig.
“Het deed verschrikkelijk veel pijn,” zei hij. “Het was echt de grootste teleurstelling van mijn leven.” De manier waarop hij zich daarna herpakte, typeert zijn nuchtere benadering. “Ik heb gewoon vooruit gekeken,” aldus Taylor. “Ik wist dat ik hier moest en zou staan. Dus heb ik ervoor gezorgd dat ik hier nu wél was.”
Tijdens de periode waarin hij niet actief was, hield hij zich bewust afzijdig. “Ik heb me teruggetrokken, met niemand gepraat en alleen maar getraind,” vertelde hij. “Dat was mijn manier om ermee om te gaan.”
Ambitie zonder grootspraak
Taylor’s overwinning leverde hem een plek in de tweede ronde op, waarin hij het opneemt tegen Jonny Clayton of Adam Lipscombe. Grote namen, maar angst lijkt geen rol te spelen. “Als ik mijn beste spel speel, moeten zij mij verslaan,” zei hij resoluut. “Ik speel niet tegen hen, zij spelen tegen mij.”
Het is een uitspraak die past bij zijn houding: zelfvertrouwen zonder bravoure. Ook over zijn ambities op het toernooi blijft Taylor consequent. “Als ik niet zou geloven dat ik het toernooi kan winnen, had ik hier niets te zoeken,” zei hij. “Zo simpel is het.”
Die instelling betekent niet dat hij zichzelf onder druk zet. Integendeel. “Ik leg mezelf geen verwachtingen op,” benadrukte hij. “Ik neem elke wedstrijd zoals hij komt. Elke pijl opnieuw.”
Publiek als bondgenoot
Een van de opvallendste aspecten van Taylors optreden was de wisselwerking met de zaal. Zeker in de slotfase werd hij luidkeels gesteund. “Dat had ik niet verwacht,” gaf hij toe. “Maar toen ze begonnen te zingen en ik daarop inspeelde, voelde ik dat het werkte. Dat geeft energie.”
Volgens Taylor hoort dat bij modern topdarts. “Je moet iets teruggeven,” zei hij. “Als het publiek meedoet, helpt dat je spel.”