De breedte van het dartsveld is anno 2025 indrukwekkender dan ooit. Dat blijkt uit het recordaantal verschillende finalisten op zowel de
Players Championship-toernooien als de
European Tour. Steeds vaker zien we nieuwe gezichten die doordringen tot de eindfase van grote evenementen.
Gisteren werd het laatste Players Championship van het jaar gespeeld, met Wessel Nijman en Luke Woodhouse als finalisten. Een dag eerder, tijdens PC 33, klopte Chris Dibey de Ier William O'Connor in de finale. Twee voorbeelden die perfect illustreren hoe breed de top tegenwoordig is.
Meer variatie dan ooit op de vloer
Het vorige recordaantal unieke finalisten op de vloertoernooien stond sinds 2022 op 36 in 30 evenementen. Dit jaar is dat opgeschroefd naar 39 in 34 toernooien. Die stijging komt vooral door verrassende finalecombinaties die men zelden ziet. Zo zagen we op Players Championship 22 en 23 in Hildesheim de duels Sebastian Bialecki – Niels Zonneveld (8-6) en Jermaine Wattimena – Lukas Wenig (8-5).
Ook Dennie Olde Kalter, Mario Vandenbogaerde en Jelle Klaasen haalden dit seizoen een finale op de vloer, terwijl gevestigde namen als Luke Humphries, Luke Littler en Michael van Gerwen opvallend minder aanwezig waren. De top drie van de wereld stond samen slechts in twee finales: Humphries en Littler elk één, Van Gerwen in geen enkele.
European Tour laat dezelfde trend zien
Van Gerwen compenseerde dat enigszins met een titel op de Euro Tour, waar eveneens een record werd gebroken. Na het record van 17 verschillende finalisten in 2024, kwamen er dit jaar 20 verschillende spelers in een finale terecht, verspreid over 14 Europese toernooien. Daarmee is nogmaals duidelijk dat de sport in de breedte blijft groeien.
Tijdens de laatste vier Euro Tour-evenementen van 2025 stonden maar liefst acht verschillende spelers in een finale — onder wie Niko Springer en Luke Woodhouse. En met de uitbreiding van 14 naar 15 Euro Tour-toernooien in 2026 lijkt het slechts een kwestie van tijd voordat ook dat record weer sneuvelt.