De PDC maakte vorige week officieel bekend dat het komende
WK Darts met 128 spelers wordt afgewerkt. Op de voorbije editie was dat nog met 96 spelers. Voor de nieuwe wereldkampioen ligt er maar liefst één miljoen pond aan prijzengeld klaar.
De top 40 van de PDC Order of Merit na afloop van de Players Championship Finals in november is automatisch gekwalificeerd. Onder hen natuurlijk de regerende wereldkampioen Luke Littler, die begin dit jaar op sensationele wijze zijn eerste wereldtitel veroverde, én de huidige nummer één van de wereld, Luke Humphries. Ook Michael van Gerwen, drievoudig wereldkampioen en verliezend finalist van de afgelopen editie, zal opnieuw meedoen. Naast deze gevestigde namen zullen ook de beste 40 nog niet geplaatste spelers van de Pro Tour Order of Merit zich direct plaatsen voor het toernooi.
De overige 48 startplekken worden ingevuld via een breed scala aan internationale kwalificaties. Met deze wereldwijde benadering benadrukt de PDC haar ambitie om darts verder te laten groeien als mondiale sport. Zo krijgen spelers van partnerorganisaties, regionale circuits en neventours de kans om zich te meten met de wereldtop op het grootste podium van het jaar.
Het WK Darts werd begin dit jaar gewonnen door Luke 'The Nuke' Littler
Kansen geven
Voor sommige continenten zijn er meer kwalificatieplaatsen dan andere, zo krijgen Afrika en Zuid-Amerika slechts één ticket toebedeeld. "In niet alle landen en continenten staat darts al even ver", zegt
Matt Porter, CEO van de PDC.
"We moeten ervoor zorgen dat er 128 spelers op het WK staan die het ook waard zijn om op een wereldkampioenschap in actie te komen. Uiteraard zal er verschil zijn in niveau, dat is ook logisch."
Porter sluit echter niet uit dat continenten als Afrika en Zuid-Amerika in de toekomst meer plaatsen krijgen toebedeeld. "We willen de sport in deze continenten verder ontwikkelen en promoten en zoveel mogelijk kansen geven aan de spelers daar. Maar het moet wel op het juiste tempo en het juiste moment gebeuren. Het algemene niveau moet dus hoog genoeg zijn en daar blijven we samen met onze partners ter plaatse héél hard aan werken."