Bobby George heeft spijt van gigantische villa's vol kamers: ''Ik heb het een beetje overdreven''

PDC
woensdag, 02 juli 2025 om 18:00
Bobby George
Dartsicoon Bobby George heeft nooit moeite gehad om op te vallen. Niet op het podium, en al helemaal niet in het dagelijks leven. Maar zelfs voor zijn doen was het bouwen van een villa met 18 slaapkamers misschien nét iets te veel van het goede. "Ik heb het een beetje overdreven met de slaapkamers," geeft hij nu zelf toe in gesprek met de BBC.
De flamboyante Engelsman, die in de jaren 80 en 90 uitgroeide tot publiekslieveling in het darts, ontwierp zijn droomhuis George Hall in het dorp Ardleigh. De villa werd in de jaren 90 gebouwd, compleet met drie vismeren, een eigen bar en 12 hectare grond. George, die zichzelf de ‘King of Bling’ noemt, was destijds 50 jaar oud en had duidelijk geen gebrek aan ambitie. “Ik was jonger toen en had nergens schrik van.”
Dat gebrek aan terughoudendheid leverde hem in eerste instantie bouwplannen op met 28 kamers, tot ontzetting van de lokale autoriteiten. “Die noemden het overdreven. En achteraf gezien hadden ze misschien gelijk,” grapt de inmiddels 79-jarige George. “Maar ja, het is zoals het is. En nu moet mijn arme vrouw ze allemaal schoonmaken!”
George en zijn vrouw Marie leefden in de beginfase van het bouwproject in een mobiel huisje in de tuin, terwijl hij langzaam maar zeker ruimte na ruimte afwerkte. “Ik begon met een badkamer, dan een slaapkamer, dan een keuken,” vertelt hij. “En toen gewoon kamer na kamer na kamer.”
Alsof het allemaal nog niet excentriek genoeg was, haalde George in juni opnieuw de headlines met een wel heel bizarre onthulling: hij bewaart een van zijn geamputeerde tenen in een pot wodka achter de bar. “Voor de grap,” zegt hij droog. “Dan zeg ik: ‘Wil je een cocktail of een cock-toe?’”
De Engelse dartslegende, die sinds 1999 meerdere amputaties moest ondergaan door een erfelijke aandoening, bracht in juni zelfs zijn autobiografie uit: Still Here: The King of Bling.
Bobby George wordt nog altijd herinnerd als een van de grote persoonlijkheden van het darts, met zijn gouden ringen, kaarskandelaar bij zijn walk-on en zijn charismatische uitstraling. Sportief kwam hij in 1980 en 1994 het dichtst bij de wereldtitel, maar moest toen buigen voor respectievelijk Eric Bristow en John Part in deze WK-finales.
Tegenwoordig geniet hij van zijn rust , tussen de spinnen in zijn ongebruikte kamers. “Ik zeg dan: laat het toch lekker zo, wie komt daar nou? Laat die spinnen maar zitten. Maar Marie wil daar niks van weten… dus ja, zij heeft het er maar druk mee.”
Claps 2bezoekers 2
loading

Net Binnen

Meest Gelezen

Loading