Niels Zonneveld heeft zich vrijdagmiddag verzekerd van een plek bij de laatste 32 van de
Swiss Darts Trophy in Basel. De Nederlander rekende met 6-3 af met de Tsjech Dalibor Smolik en hield daarbij het hoofd koel, ondanks een aarzelende start en de druk van een mogelijke kwalificatie voor de World Grand Prix.
De wedstrijd begon voor Zonneveld met een valse noot. In de openingsleg kreeg hij direct drie pijlen om op voorsprong te komen, maar hij miste. Smolik greep dankbaar de kans en pakte de 1-0. “De naam zegt niet altijd alles,” blikte Zonneveld na afloop terug. “Ik heb hem even opgezocht op internet, omdat ik niet wist wat ik kon verwachten. Uiteindelijk zag ik dat hij gemiddeld zo rond de 93, 92, 91 gooide om zich te kwalificeren. Toen dacht ik: oké, ik moet echt mijn A-game spelen om hem te verslaan.”
De Nederlander herstelde zich snel. Met een knappe 66-finish trok hij de stand gelijk en beide spelers hielden daarna hun eigen leg. In de vijfde leg viel de beslissing: Smolik miste drie pijlen op de dubbels en Zonneveld sloeg genadeloos toe met een 83-finish voor de eerste break.
Met een 14-darter in zijn eigen leg bouwde de Noord-Hollander de voorsprong uit naar 4-2. Smolik bleef aanklampen, maar een 15-darter bracht Zonneveld op 5-3. In de negende leg maakte hij het vervolgens koelbloedig af en verzekerde hij zich van een plek in de volgende ronde, waar Ryan Searle zijn tegenstander wordt.
Ondanks dat in Bazel ook de laatste kwalificatietickets voor de World Grand Prix te verdienen zijn, weigert Zonneveld zich daar te veel mee bezig te houden. “Ik duw dat weg, want ik denk niet dat het helpt als ik ermee bezig ben,” zei hij.
“Natuurlijk weet ik het wel, maar ik wil gewoon winnen. We willen wedstrijden winnen om ons te kwalificeren voor Euro Tour 1 en 2 van volgend jaar, dat vind ik echt belangrijk. En als ik zover kom dat ik me ook nog voor de World Grand Prix plaats, is dat fantastisch. Ik heb daar wel een beetje geluk en goed spel voor nodig, zoals ik kan laten zien. Maar het is nu niet mijn hoofddoel, omdat ik denk dat het niet helpt om daar nu te veel aan te denken.”