Ross Smith heeft zich zaterdagavond gekwalificeerd voor de kwartfinales van de
World Series of Darts Finals in Amsterdam. In een spannende tweede ronde klopte hij Dave Chisnall met 6-4 en zette zo een fraaie stap richting de finaledag. Na afloop sprak de Engelsman uitgebreid met de pers.
Smith gaf toe dat hij zelf niet vond dat hij zijn beste spel had laten zien. Toch was hij vooral tevreden met het eindresultaat. “Eerlijk gezegd weet ik het niet zo goed,” blikte hij terug tegenover
Online Darts. “Ik heb niet het gevoel dat ik geweldig gespeeld heb, maar ik heb wél het werk gedaan dat nodig was. En daar draait darts uiteindelijk om, toch?”
De Engelsman haalt inspiratie uit een van de meest ervaren mannen op het circuit. “Ik kijk vaak naar James Wade als voorbeeld. Ik ga niet elke keer 110-gemiddeldes gooien zoals een Luke Littler of Luke Humphries, maar hoe Wadey wedstrijden managet en ze binnensleept, dat bewonder ik. En vandaag heb ik eigenlijk hetzelfde gedaan. Daar ben ik blij mee.”
Winnen zonder hoog gemiddelde
Het contrast met anderhalf jaar geleden is groot. Destijds stond Smith te boek als een speler die met gemak hoge gemiddelden kon noteren, maar dat lang niet altijd in overwinningen wist om te zetten. Inmiddels is hij een darter die ook de lelijke wedstrijden kan winnen. “Gemiddeldes winnen geen wedstrijden,” legt hij uit. “Natuurlijk wil ik altijd 110 gemiddeld gooien – wie niet? – maar mijn spel is nu constanter. Op de Euro Tour en in de Players Championships leer ik ook lelijke potjes te winnen of diep te graven als het moet. Daar ben ik best trots op. Iemand als Wade doet dat al jaren fantastisch.”
Dat vermogen om te overleven is precies wat Smith in Amsterdam nodig had. Chisnall, die eerder in het toernooi Nathan Aspinall had uitgeschakeld, beet fel van zich af. Vroege breaks van beide spelers hielden de stand in evenwicht. Smith trok het initiatief naar zich toe met dubbel negen voor 3-2 en bouwde de voorsprong uit naar 4-2. Chisnall knokte terug tot 4-4, maar toen het erop aankwam, bleef Smith koel: dubbel vier voor 5-4, en nadat hij 110 miste gunde Chisnall hem een herkansing door 94 niet uit te maken. Smith pakte zijn kans en besliste de partij.
Waar Smith vroeger soms te veel in de cijfers verstrikt raakte, straalt hij nu rust uit. “Ja, ik ben gewoon heel gelukkig in het leven,” zegt hij met een brede glimlach. “Wat is er niet om blij mee te zijn? Het is een geweldige baan. Toen ik veertien was stond ik te oefenen terwijl ik spelers als Jamie Harvey op tv zag. En nu sta ik hier zelf tegen de besten van de wereld te spelen. Soms moet ik mezelf knijpen. Ik denk weleens: ik had ook gewoon weer vrachtwagenchauffeur kunnen zijn.”
Die nuchtere kijk zorgt ervoor dat hij elk toernooi ingaat met dezelfde mentaliteit. “Geen enkele speler gaat een toernooi in met het idee: ik wil niet winnen. Ik geef in elk toernooi alles. Als het mijn dag niet is, dan niet. Als ik door het oog van de naald ga, is dat ook goed. Eén ding is zeker: ik draag mijn hart op de tong en ik geef altijd 100%, in de voorbereiding en in de wedstrijd.”
Ross Smith is zondagmiddag één van kwartfinalisten op de World Series Finals
Respect voor tegenstanders
In de kwartfinale wacht hem een ontmoeting met Luke Littler, de tienersensatie die het dartswereldje de afgelopen twee jaar op zijn kop zette. Smith toont veel respect voor zijn volgende opponent. “De echte vraag is: is hij klaar voor mijn powerplay?” zegt hij lachend. “Natuurlijk, ik ga mijn uiterste best doen. We zullen zien welke Luke er op komt dagen. Hij is fenomenaal, een ongelooflijke speler. Ik heb ontzettend veel respect voor hem en zou graag zijn geheim kennen. Het wordt een zware partij, maar ik weet dat ik kan pieken. Ik heb dit seizoen al 110 gemiddeld gegooid, zelfs 112 op de Euro Tour. Misschien niet zo constant als Luke, maar als het loopt, dan loopt het. Dan kan hij zomaar in de problemen komen.”
Het is al de zesde opeenvolgende keer dat Smith Dave Chisnall verslaat. Toch hecht hij geen bijzondere waarde aan dat statistiekje. “Eigenlijk helemaal niet. Ik geloof dat het gewoon per dag gaat. Iemand als Chizzy gooit moeiteloos 100+ gemiddeldes en negen darters. Zelfs als hij een mindere periode heeft, kan hij ineens een 110-gemiddelde uit de hoge hoed toveren. Je moet tegen iedereen op de tour altijd scherp zijn. Ik neem nooit iets voor lief.”
Primeur in Nederland
Smith staat voor het eerst in de kwartfinales van een groot PDC-toernooi op Nederlandse bodem. Dat vindt hij wel bijzonder. “Ja, absoluut. Het werd wel eens tijd,” erkent hij. “Vorig jaar miste ik drie matchdarts om Luke Littler in de eerste ronde te verslaan en hij won het toernooi uiteindelijk. Daarvoor speelde ik hier onder meer tegen James Wade. Nu ga ik weer alles geven en zien waar het schip strandt.”
De World Series Finals is een niet-gerankt evenement, maar dat maakt het volgens Smith niet minder belangrijk. “Elk toernooi waar je in speelt, wil je winnen. Win je niet, dan ga je naar huis. Zo simpel is het. Natuurlijk moet je je beste darts spelen en een beetje geluk hebben, maar ik ben hier om te winnen. De Grand Slam-plek waarover wordt gesproken, schiet niet eens door mijn hoofd. Wat komt, dat komt.”
Tussen de wedstrijden door genoot Smith vrijdag van een bijzonder uitstapje: samen met Gerwyn Price bezocht hij Ajax. “Fantastisch, echt elk moment genoten,” zegt hij enthousiast. “Iedereen bij Ajax was zo vriendelijk en gastvrij. Ik ben heel blij dat ik de uitnodiging kreeg.”
Gerwyn Price grapte achteraf dat hijzelf, Smith en Ajacied Davy Klaassen niet veel voorstelden, en dat Wout Weghorst de beste darter bleek. Smith kan er alleen maar om lachen. “In de laatste leg was hij inderdaad ongelooflijk tegen mij. Ik dacht: ik ben hier toch de darter? Maar hij gooide gewoon 140 en gooide de beslissende finish. Ik zei zelfs: ‘Heb je morgen hulp nodig op het voetbalveld? Dan kom ik wel langs.’ Hij en Davy waren echt geweldige kerels, heel aardig en down to earth. Een voorrecht om ze te ontmoeten.”