Tijdens zijn allereerste optreden op het iconische
Lakeside-podium heeft
Ben Robb zich met een 3-1 zege op de Zweed Johan Engstrom verzekerd van een plek in de tweede ronde van het
WDF-WK 2026. De Nieuw-Zeelander
sprak na afloop met trots over zijn debuut en de mentale veerkracht die nodig was om een sterk startende tegenstander af te stoppen.
Engstrom begon uitstekend, misschien zelfs wel té goed, merkte Robb op. "In het begin kon hij geen triple missen", blikte hij terug. "Hij gooide zoveel maximale scores en bleef die triples raken. Zelfs de dubbels met de laatste pijl. Dat deed echt pijn." Waar anderen mogelijk zouden breken, bleef Robb echter rustig. "Ik bleef mentaal sterk, bleef aanwezig in de partij. Later kon ik doorduwen, en dat voelde goed."
Hoewel Robb al ervaring heeft opgedaan op het PDC WK in Alexandra Palace, was Lakeside toch een nieuwe belevenis. En die viel hem alles mee. "Eerlijk gezegd wist ik niet wat ik moest verwachten", vertelde hij. "Maar toen ik daar stond, voelde ik dat ze het darts écht waardeerden. Het verschil met Ally Pally? Daar heb je meer rumoer, hier volgen ze de wedstrijd. Grote momenten, mooie setups – het publiek zat er helemaal in."
Voor een speler uit een dartsmatig relatief afgelegen regio betekende die waardering veel. "Ik was echt positief verrast dat ze achter me gingen staan. Een Kiwi-jongen op Lakeside, en toch kreeg ik de volledige steun. Dat was top."
Keerpunt in de tweede set
De Nieuw-Zeelander verloor de eerste set en gaf toe dat de druk toen behoorlijk toenam. "Hij was zó sterk in die openingsfase", zei Robb. "Hij brak me, en ik dacht: blijf er gewoon bij. Toen miste hij in de tweede set een kans en kreeg ik mijn moment. Ik raakte 'm met mijn laatste pijl voor 2-1, en dat draaide de hele partij om."
Dat kantelpunt gaf Robb zichtbaar vertrouwen. "Vanaf daar voelde ik dat het mijn kant op begon te vallen, dat ik controle kreeg. En kijk, Johan is geen onbekende voor mij. Ik ken hem van de World Cup. Ik wist dat hij gevaarlijk was. Hij liet me een paar keer in leven, en die kansen heb ik gepakt."
In de volgende ronde wacht een absolute publieksfavoriet: de Noord-Ier Neil Duff, wereldkampioen van 2022. Een affiche waar Robb alleen maar energie van krijgt. "Niets meer dan respect voor Neil", zei hij. "Het is een geweldige spelers. Maar ik ben niet helemaal naar hier gevlogen om de nummers op te vullen. Ik wil winnen. Ik kijk uit naar de wedstrijd."
Dat zijn landgenoot Caleb, die op dezelfde middag in actie kwam, eveneens goed presteerde, helpt daarbij. "Caleb deed het fantastisch. We hebben samen goed geoefend, en dat geeft mij vertrouwen."
De recente ANZ Premier League, een nieuw initiatief in Australië en Nieuw-Zeeland, blijkt cruciaal te zijn geweest voor Robbs huidige vorm. "Voor mij heeft dat het vuur weer aangewakkerd", zei hij openhartig. "Ik was een beetje lui geworden, eerlijk gezegd. Je krijgt in Nieuw-Zeeland maar één WK-kans per jaar, en als je dan net tekortkomt, is het moeilijk om het vertrouwen vast te houden."
Zeven weken op rij spelen op een podium tegen sterke tegenstanders gaf hem het perspectief dat hij nodig had. "Het deed me beseffen: wil ik dit écht? En het antwoord is ja. Ik houd van darts. Ik wil laten zien dat ik mee kan met de besten ter wereld. De Premier League herinnerde me eraan dat ik moest werken, en dat ben ik weer gaan doen."
Blik op de toekomst: Q-School blijft het doel
Of een overstap naar de PDC nog speelt? Robb is duidelijk. "Zeker. Ik wil hetzelfde pad volgen als Haupai Puha die een tourkaart heeft gehaald. Ik wil mezelf testen op dat niveau." Volgens Robb is de WDF daarbij een essentiële springplank. "Voor amateurs zoals wij, helemaal in Nieuw-Zeeland aan het einde van de wereld, zijn dit soort toernooien cruciaal. De sport groeit razendsnel. De talenten die eraan komen zijn bizar goed, dus de kansen worden alleen maar schaarser. Ik wil daar onderdeel van zijn."
Q-School blijft daarom een vaste prik. "Ik ben er elk jaar. Ik geef die droom nooit op. Ik geloof in mezelf, mijn familie gelooft in mij. Nu moet ik het gewoon laten zien."