Gian van Veen heeft op indrukwekkende wijze zijn naam onderstreept op het
WK Darts 2026. De jonge Nederlander liet op het Alexandra Palace-podium een optreden zien dat niet alleen statistisch indruk maakte, maar vooral liet zien hoe ver hij als speler én als mens is gegroeid. Met een gemiddelde van 108.28 – tot dusver het hoogste van het hele
WK Darts – en een duizelingwekkende 121 gemiddeld in de laatste set, speelde Van Veen zich overtuigend naar de derde ronde. Belangrijker nog: hij brak door een mentale barrière die hem de afgelopen jaren in Londen parten had gespeeld.
“Dit voelt natuurlijk geweldig,”
reageerde Van Veen kort na afloop. “Het was een zwaar bevochten wedstrijd. In de tweede set had ik eerlijk gezegd een beetje geluk, maar dat heb je soms nodig op dit soort toernooien. Daarna keek ik niet meer om en speelde ik echt heel goed.”
Van twijfel naar topniveau
Het optreden van Van Veen was des te opvallender omdat het niet vlekkeloos begon. In de eerste set liet hij meerdere dubbels liggen. “Daar kan het altijd beter,” gaf hij eerlijk toe. “Ik miste te veel kansen. Maar na die 72-finish om op 1-1 in sets voor te komen, viel alles op zijn plek. Die laatste zes legs waren waarschijnlijk één van de beste reeksen die ik ooit heb gespeeld, zeker op dit podium.”
Die cijfers bevestigen dat gevoel. Slechts drie ‘trebleless visits’ in vier sets – beurten zonder triple – onderstrepen de constante druk die Van Veen op zijn tegenstander legde. “Ik wist dat ik goed speelde,” zei hij. “Na twee sets stond ik al rond de 104 gemiddeld. Maar dat het zó hoog was, besefte ik pas achteraf. Uiteindelijk maakt het niet uit of je 97 of 108 gemiddeld gooit, zolang je je comfortabel voelt en wint.”
Een mentale doorbraak
Naast het niveau was vooral de rust waarmee Van Veen speelde opvallend. Waar eerdere WK-deelnames gepaard gingen met spanning en overbelasting, leek hij dit keer bevrijd. “Het halen van mijn eerste overwinning hier voelde vorige week al alsof er een last van mijn schouders viel,” vertelde hij. “Dat was heel belangrijk. De afgelopen dagen keek ik er echt naar uit om weer op dat podium te staan. Zelfs vanochtend had ik geen zenuwen.”
Dat contrast met vorig jaar kon nauwelijks groter zijn. “Toen legde ik mezelf veel te veel druk op. Ik oefende te veel, wilde alles perfect doen. Dit jaar heb ik gezegd: behandel dit WK als elk ander toernooi. Niet meer oefenen dan normaal, gewoon vertrouwen op wat ik het hele jaar heb opgebouwd. Dat werkt tot nu toe.”
Statement richting concurrentie
Met zijn dominante optreden zette Van Veen ook een statement neer richting de rest van het veld. Tot nu toe draaide veel aandacht rond andere grote namen, maar de Nederlander liet zien dat hij niet voor niets hoog bij de bookmakers staat. Toch blijft hij zelf nuchter. “Voor mij gaat het niet om anderen of om winnen van het toernooi. Ik kijk niet naar Luke Humphries, Luke Littler of wie dan ook. Ik kijk alleen naar mijn eigen spel en hoe ver ik kan komen.”
Dat Van Veen voorafgaand aan het WK al bij de topfavorieten werd genoemd, doet hem weinig. “Na het verliezen van sommige spelers veranderde dat misschien nog wat, maar ik leg mezelf geen extra druk op. Deze wedstrijd kan voor anderen misschien iets veranderen, maar voor mij niet. Ik voel me gewoon comfortabel op het podium en dat neem ik mee.”
Gian van Veen versloeg Alan Soutar in de tweede ronde van het WK Darts 2026
Europese titel als katalysator
De basis voor dat vertrouwen werd eerder dit seizoen gelegd, toen Van Veen zijn eerste grote PDC-titel veroverde op het European Championship. Het was een moment dat zijn carrière in een stroomversnelling bracht. “Mijn zelfvertrouwen is sindsdien door het dak gegaan,” erkende hij. “Natuurlijk waren de resultaten op de Grand Slam of Darts en de Players Championship Finals daarna misschien wat teleurstellend, maar qua spel was het niveau er nog steeds.”
Dat is cruciaal in de hedendaagse PDC, weet Van Veen. “De concurrentie is zo sterk. Als je structureel 90 tot 92 gemiddeld gooit, verlies je gewoon te veel wedstrijden. Wil je richting top 16 of top 10, dan moet je blijven presteren. En als iemand mij wil verslaan, dan moeten ze zelf ook 98 tot 105 gemiddeld gooien. Dat is de mindset waarmee ik dit toernooi inga.”
Hoewel Van Veen nog relatief kort actief is binnen de PDC, heeft hij zich razendsnel aangepast aan het moordende schema van Pro Tours, Euro Tours en majors. “Je hebt eigenlijk geen keuze,” stelde hij. “Als jij het tempo niet bijhoudt, doet iemand anders het wel. Je moet leren ‘on the job’.”
Dat leren werpt zijn vruchten af, juist op het grootste podium van allemaal. “Deze twee wedstrijden alleen al hebben me enorm geholpen als speler. Het geeft vertrouwen voor de rest van dit WK, maar ook voor 2026 en de komende jaren. Ik weet nu: als mijn tegenstander me pusht, kan ik leveren.”
Kerst met een glimlach
Voorlopig mag Van Veen even op adem komen. Hij keert terug naar Nederland om kerst te vieren met zijn familie, voordat hij na de feestdagen weer afreist naar Londen voor de derde ronde. “Een paar uurtjes oefenen, niet meer,” lachte hij. “En dan gewoon weer fris terugkomen. Dit wordt denk ik het mooiste kerstfeest van mijn leven. Ik zit nog in het WK, dat was een enorme doelstelling voor mezelf.”
Over dromen van de wereldtitel, of zelfs het gelijktijdig in handen hebben van de jeugd- en wereldtitel, wil hij nog niet te ver vooruitlopen. “Dat is extra motivatie, natuurlijk. Maar het is nog zo ver weg. We zijn straks met 32 spelers over. Ik kijk alleen naar die volgende wedstrijd.”