Michael van Gerwen heeft de tweede ronde van het
WK Darts bereikt, maar overtuigend was het allerminst. De drievoudig wereldkampioen moest diep gaan om de Japanner Mitsuhiko Tatsunami van zich af te schudden en gaf na afloop openlijk toe dat zijn optreden in Alexandra Palace onder de maat was. Toch overheerste opluchting. „Het belangrijkste in de eerste ronde is overleven. En dat heb ik gedaan.”
Van Gerwen begon zichtbaar onrustig aan zijn negentiende WK-deelname. Tatsunami pakte brutaal de eerste set en liep in de tweede zelfs uit naar een comfortabele voorsprong. De Nederlander zag het zelf ook gebeuren.
„Het was geen fantastische wedstrijd, toch? Maar ik heb gewonnen, en dat is het belangrijkste. Ik heb niet goed gespeeld, maar een overwinning is een overwinning,” zei hij
in zijn interview na afloop.
De Brabander spaarde zichzelf niet in zijn analyse. „Ik maakte het mezelf veel te moeilijk. Soms zijn wedstrijden gewoon taai. Wat kan ik zeggen? Het was gewoon slecht. Ik weet dat ik veel beter kan, maar dit was wat het was.”
Te veel spanning, te weinig rust
Volgens Van Gerwen lag de oorzaak vooral bij zichzelf. Hij begon te gespannen aan de partij. „Aan het begin van de wedstrijd was ik mezelf niet. Ik was te opgefokt, mentaal niet waar ik moest zijn. Dan maak je het jezelf enorm lastig.”
Dat besef kwam pas toen hij al met de rug tegen de muur stond. „Dan moet je blijven vechten en blijven presteren. Ik weet dat als ik een stapje omhoog ga, ik het heel lastig kan maken voor iedereen. Maar nu vocht ik vooral tegen mezelf. En dat is nooit een goed teken.”
Toch zag hij ook een positief aspect in de moeizame overwinning. „Als je zo’n eerste ronde wint, heb je daarna alleen maar ruimte voor verbetering. Ik denk niet dat ik het veel slechter kan doen dan dit. Maar je wil natuurlijk liever comfortabel winnen.”
Michael van Gerwen maakte het zichzelf onnodig moeilijk in zijn eerste partij op het WK Darts
‘Dit is geen sprint, maar een marathon’
Van Gerwen benadrukte dat het WK geen toernooi is waarin je één avond goed moet zijn. „Dit is geen sprint, dit is een marathon. Je moet hier een paar weken goed zijn. Ik heb nu een paar dagen rust en ik weet dat ik mentaal dingen recht kan zetten richting de volgende wedstrijd.”
Die mentale scherpte wordt volgens hem cruciaal. „Ik moet aan mijn eigen spel werken en vooral proberen relaxter te zijn. Ik maakte mezelf gek in mijn hoofd. Ik was niet ontspannen, zo simpel is het.”
Dat hij niet meteen een 100+ gemiddelde gooide, baart hem geen zorgen. „Vorig jaar was mijn eerste wedstrijd ook geen honderd gemiddeld en toen stond ik in de finale. Dus ik plaats het in perspectief. Er is nog heel veel ruimte voor verbetering.”
‘Ik weet hoe het rankingsysteem werkt’
Met het oog op de wereldranglijst is Van Gerwen realistisch. De komende twaalf maanden verdedigt hij veel prijzengeld. „Ik ben niet dom. Dit is mijn negentiende WK, ik weet precies hoe dat systeem werkt. Als je één jaar minder presteert, is dat niet rampzalig. Je moet zorgen dat je het jaar daarna weer staat.”
Zijn afwezigheid eerder dit seizoen in Minehead kwam ook ter sprake. Van Gerwen was daar helder over. „Ik was blij dat ik daar niet was. Niet omdat ik het toernooi niet leuk vind, maar dit is het WK. Dat is een totaal ander toernooi.”
Sindsdien heeft hij volgens eigen zeggen voldoende wedstrijdritme opgedaan. „Na Minehead heb ik gala’s gespeeld in Finland, Duitsland en Engeland. Ik heb goede partijen gespeeld, ik heb van Littler gewonnen, van Humphries gewonnen, en ook verloren. Dat hoort erbij. Je moet blijven knokken. Maar ik zit er nog steeds in, dus laten we daar even bij blijven.”
Steek richting Peter Wright
Tijd voor luchtigheid was er ook. Van Gerwen reageerde met een glimlach op uitspraken van Peter Wright,
die zich al had uitgesproken over een mogelijke ontmoeting. „Ik speel graag tegen Peter Wright. Ik hoop dat hij net zo’n grote mond heeft als de afgelopen weken, want ik sla hem in de exhibities telkens.”
Toen Wright zelfs twijfels zou hebben geuit over Van Gerwens zicht, volgde een gevat antwoord. „Als hij mijn recente dates heeft gezien, is er niks mis met mijn ogen. Mijn zicht is prima, maak je geen zorgen. Ik krijg zelfs complimenten.”
Ook over zijn zichtbare gewichtsverlies was Van Gerwen duidelijk. „Nee, dat heeft geen invloed op mijn worp. Absoluut niet. Ik wil niet zo zwaar mogelijk zijn, ik wil juist nog meer afvallen.”
‘Ik ben nog steeds mens’
Tot slot onderstreepte Van Gerwen dat ook hij niet immuun is voor spanning. „Ik ben nog steeds mens. Ik denk niet dat iemand dit toernooi tot nu toe echt geweldig heeft gespeeld. Maar dat maakt me niet uit. Ik zit er nog in. Ik ben nog onderweg richting de finale, en ze moeten me nog steeds verslaan.”
De wedstrijd fungeerde volgens hem wel degelijk als waarschuwing. „Natuurlijk is dit een wake-upcall. Dat heb je soms nodig. Ik gaf honderd procent inzet, maar mijn spel was geen honderd procent.”