Luke Woodhouse stond na afloop van zijn derde ronde wedstrijd op het
WK Darts 2026 met een brede glimlach voor de pers. Niet alleen vanwege de overwinning tegen Andrew Gilding, maar vooral door de manier waarop die tot stand kwam. De Engelsman kende een moeizame start, worstelde zichtbaar met zichzelf, maar rechtte daarna de rug en liet in de laatste drie sets dartskwaliteit van het allerhoogste niveau zien. Met gemiddelden boven de 100, herwonnen vertrouwen en een duidelijke mentale klik plaatste Woodhouse zich voor het tweede jaar op rij bij de laatste zestien op Alexandra Palace.
“De eerste twee sets waren eigenlijk gewoon slecht,”
was Woodhouse opvallend eerlijk. “Echt verschrikkelijk zelfs. Ik was mezelf een beetje aan het tegenhouden.” Hij probeerde zich aan te passen aan het tempo van zijn tegenstander, speelde te langzaam en verloor daarmee zijn natuurlijke ritme. “Ik gaf mezelf een flinke peptalk. Na die tweede pauze dacht ik: speel gewoon je eigen spel. Wat er ook gebeurt, gebeurt. En vanaf dat moment ging het lopen.”
Van worsteling naar dominantie
Die omschakeling was direct zichtbaar. Waar Woodhouse in het begin worstelde met zijn dubbels en zichzelf onnodig onder druk zette, kwam hij na de tweede break los. In de drie daaropvolgende sets noteerde hij een gemiddelde van boven de 102 – cijfers die indruk maken, zeker op het grootste podium van het jaar.
“Als je op het WK boven de 100 gemiddeld gooit, geeft dat enorm veel vertrouwen,” legde hij uit. “Het was geen volledige wedstrijd boven de 100, maar die laatste drie sets wel. Ik voelde me echt goed zodra ik weer in mijn eigen ritme kwam.” Het was geen kwestie van sneller spelen, benadrukte hij, maar van spelen zoals hij dat gewend is.
Ervaring betaalt zich uit
De manier waarop Woodhouse zichzelf herpakte, zegt veel over zijn ontwikkeling. Waar hij zichzelf in het verleden nog weleens mentaal kon vastzetten, bleef hij nu rustig en oplossingsgericht. “Dat komt door ervaring,” zei hij. “Niet alleen hier op het WK, maar het hele jaar. Ik heb alle European Tours gespeeld, alle majors. Ik ben nu een ervaren speler. Ik weet wat ik wel en niet moet doen.”
Die ervaring hielp hem ook om de negativiteit uit zijn hoofd te krijgen, zelfs toen hij legs won maar ontevreden bleef over zijn spel. “Ik zette mezelf onder druk omdat ik wist dat hij niet op zijn best speelde. Dan ga je forceren, vooral op de dubbels. Dat werkte tegen me. Daarom dacht ik na die tweede set: ontspan, speel je eigen spel, en kijk wat er gebeurt.”
Het resultaat was overtuigend. Woodhouse won zeven legs op rij, liet zijn tegenstander nauwelijks nog kansen op de dubbels en draaide de wedstrijd volledig om.
Luke Woodhouse neemt hij bij de laatste zestien op tegen Krzysztof Ratajski
Een duidelijke stap voorwaarts
Dat dit geen toeval is, blijkt ook uit zijn rankingpositie. Woodhouse is inmiddels opgeklommen naar de twintigste plaats van de wereld. “Dat voelt geweldig,” gaf hij toe. “Als je me dat vier of vijf jaar geleden had gezegd, had ik ervoor getekend. Toen was ik al blij als ik mijn tourcard hield. Daarna was het top 40, top 32… en nu top 20.”
Die progressie bevestigt voor hemzelf wat hij al langer voelt. “Ik bewijs niet alleen aan anderen, maar ook aan mezelf dat ik echt in staat ben om grote dingen te doen. De volgende stap is de top 16. Dat is het doel.”
Voor het tweede jaar op rij staat Woodhouse nu in de vierde ronde van het WK. Een prestatie die onderstreept hoe stabiel zijn niveau de afgelopen anderhalf tot twee jaar is geworden. “De laatste 18 maanden zijn waarschijnlijk mijn beste periode op de tour,” zei hij. “Ik stond hoog in het prijzengeld dit jaar, ik ben top 20 op de Pro Tour. Dat soort dingen tellen allemaal op.”
Wat hij vooral meeneemt uit zijn WK-ervaringen, is het omgaan met het podium en de druk. “Dit is het grootste toernooi van het jaar. Als je ergens goed wilt spelen, laat het dan hier zijn. Alexandra Palace is voor mij de beste sfeer die we hebben. Als je jezelf hier niet kunt opladen en ervan kunt genieten, dan zit je in de verkeerde sport.”
Vooruitblik: Ratajski wacht
In de volgende ronde treft Woodhouse de Pool Krzysztof Ratajski, een tegenstander van formaat en iemand tegen wie hij de laatste jaren regelmatig speelde. Statistieken uit het verleden houdt hij bewust buiten beschouwing. “Ik denk daar niet aan. We spelen elkaar zo vaak. Op dat podium is het gewoon een strijd. Wie beter speelt, wint.”
Wel ziet hij het duel met vertrouwen tegemoet, mede omdat het tempo van Ratajski dichter bij dat van hemzelf ligt. “Dat zou fijn moeten zijn. Vandaag probeerde ik te veel aan te passen, dat werkte niet. Tegen Krzysztof verwacht ik een mooi, natuurlijk ritme.”
Boodschap aan zichzelf
Op de vraag welk signaal hij met deze prestatie wil afgeven, bleef Woodhouse nuchter. “Geen boodschap aan anderen, alleen aan mezelf. Dat ik weet dat ik het kan. Dat ik, als het nodig is, een niveau kan opschakelen.”