Toen Graham Hall voor het eerst het Live League-studio in Southampton binnenstapte, had niemand kunnen voorspellen hoe belangrijk dat podium zou worden voor zijn dartscarrière. Voor een man die pas relatief laat en min of meer per toeval in de sport rolde, bleek de MODUS Super Series veel meer dan een competitie. Het werd zijn lanceerplatform, zijn resetknop en de herinnering aan waarom hij ooit verliefd werd op het spel.
“De Super Series heeft mijn spel zéker beter gemaakt,” vertelt Hall aan Tungsten Talk in Portsmouth. “Hier komen en tegen betere spelers gooien… ja, dat tilt je spel automatisch naar een hoger niveau.”
Het begon allemaal in de slaapkamer van een vriend. “Het was eigenlijk pas rond mijn achttiende,” blikt Hall terug. “Al mijn maten waren bezig met computerspellen en zo, en een van hen had een dartbord in zijn kamer hangen. Terwijl zij allemaal op de Xbox zaten, stond ik op dat bord te gooien. En dat is eigenlijk waar het allemaal begonnen is.'' Al snel bleek dat hij talent had. “Je merkte meteen dat er iets in zat. Ik kon vanaf het begin al best aardig gooien.”
Wat begon als een tijdverdrijf, groeide snel uit tot meer. Via een vriend kwam hij in de lokale kroegcompetitie terecht, en van daaruit rolde hij de regionale toernooien in. “Het duurde niet lang voordat ik het serieuzer wilde aanpakken. Ik begon lokale competities te spelen, en won ze ook. Toen dacht ik: ja, hier zit wel wat in.”
Opvallend genoeg sloeg Hall de traditionele route van county darts grotendeels over. “Dat trok me eerlijk gezegd nooit zo,” geeft hij toe. Het waren de weekenden met lokale toernooien, het reizen, en vooral de kameraadschap in de kroegcompetities die hem een stevige basis gaven.
Zoals bij veel darters kwam de doorbraak niet via een strak gepland pad. “Negen van de tien keer is het gewoon een vriend van een vriend die je erin trekt,” legt Hall uit. “Voor je het weet zit je in een team, ben je een van de betere spelers, ga je naar Super League… en dan besef je dat je lokaal misschien wel wat geld kan verdienen, in plaats van via county-darts.”
De leerschool van de Super Series
Het echte verschil kwam met de Super Series, toen nog bekend als de Live League. Daar werd Hall voor het eerst écht opgemerkt. “De exposure die je daar krijgt, dat kun je eigenlijk niet overtreffen,” zegt hij. “Als je gewend bent te winnen, en je komt daar en krijgt een paar keer flink om je oren, dan leer je pas echt. Dat is zó waardevol.”
Het was een steile leercurve die Hall dwong om zowel mentaal als technisch een stap te maken. “Niemand vindt verliezen leuk. Er is maar een bepaald aantal keer dat je dat accepteert, voordat je teruggaat naar het oefenbord om het recht te zetten.”
Zijn doorbraak volgde snel. Hall werd een van de eerste spelers die via het MODUS-systeem de sprong maakte naar een hoger niveau, een route die tegenwoordig bijna standaard wordt erkend. Voormalig wereldkampioen Scott Mitchell herinnert zich die periode goed: “In die tijd bracht de Live League ineens nieuwe spelers naar voren, en wij dachten: wow, wie zijn dit? Ze presteerden onder druk, in een studio, op camera, voor de allereerste keer.”
Hall kwam niet alleen opdagen, hij viel ook op. Zijn echte doorbraakweek in de Super Series vond plaats in diezelfde oude studio in Southampton waar hij ooit zijn eerste stappen zette, in een groep met stevige tegenstand. “Ja, dat was zeker een van mijn betere weken, eerlijk gezegd,” zegt Hall. “Ik heb het gevoel dat mijn spel nu echt goed is, ik speel heel solide, maar ik geef soms nog stomme wedstrijden weg…”
Na twee seizoenen raakte Graham Hall zijn PDC Tour Card weer kwijt
Terug naar de Super Series als route omhoog
Inmiddels maakt de Super Series deel uit van een professioneel circuit dat wereldwijd wordt gestreamd via platforms zoals Pluto TV. Voor Hall is het een volwaardig podium geworden. “Het is een plek waar je als speler écht wilt laten zien wat je kunt. Alles is erop gericht dat je hier je beste spel kunt spelen.”
Die ervaring hielp hem ook bij het verdien van zijn PDC Tour Card. Maar Hall geeft eerlijk toe dat het behouden ervan een heel ander verhaal was. “Ik denk dat ik in mijn tweede jaar een beetje mijn liefde voor het spel verloor,” zegt hij. “Maar ergens was ik ook wel opgelucht toen ik mijn Tour Card kwijtraakte, want nu geniet ik weer van het spel. Het gaf me die vonk terug die ik nodig had, en hopelijk kan ik hem volgend jaar weer veroveren. Het verliezen ervan deed me beseffen waarom ik überhaupt darts speel.”
De mentale druk van de tweede jaargang was zwaar. “Je weet dat je móét presteren, anders raak je je kaart kwijt. De Pro Tours zijn intens, week in, week uit. Als het even niet loopt, is het mentaal heel lastig om sterk te blijven.”
Vorm hervonden buiten de PDC-circuit
Sinds zijn terugval heeft Hall de draad weer opgepakt, zowel in de Super Series als op de ADC- en Challenge Tour-circuits. “Ik heb echt een goede reeks gehad op de ADC Tour,” vertelt hij. “Het ziet ernaar uit dat ik bij de Tour Finals ga staan, en er is een goede kans dat ik me ook plaats voor het Global Championship. Ik denk dat ik gewoon even die pauze nodig had na de Pro Tour, om weer plezier te hebben en het spel te spelen waarvan ik weet dat ik het kan spelen.”
En de resultaten volgen. Top tien op de Challenge Tour. Sterke prestaties op de ADC. En vooral: het zelfvertrouwen is terug. “Sommige spelers vallen van de Tour en het breekt hen. Voor mij is het juist positief geweest. Alles wat ik op de Pro Tour heb geleerd, neem ik nu mee naar de Challenge Tour en ADC, en dat maakt me sterker.” Hall kijkt nu nadrukkelijk naar het Global Championship. “Dat is waar ik nu voor ga. Er zit tegenwoordig goed geld in het spel, zelfs al in de ADC.”
Bradley Brooks liet vorig jaar zien dat dit pad werkt: van de Tour afvallen, zich herpakken via de Super Series en ADC, en sterker terugkeren. Hall hoopt hetzelfde te doen. “Het draait allemaal om timing. Richting september wil je er klaar voor zijn. Naar Q School gaan en je beste spel laten zien. En de enige manier om dat te bereiken is uren maken op het oefenbord thuis.”
Die uren, én de eerdere tegenslagen, beginnen nu hun vruchten af te werpen. “Ik denk dat ik inmiddels echt heb geleerd om mijn zenuwen beter in bedwang te houden,” zegt Hall. “Af en toe kruipt de spanning er nog in, maar dat is eigenlijk goed en je moet alleen leren ermee om te gaan.”
Zijn zelfvertrouwen heeft nu een andere dimensie. “Ik ga elk potje in met het gevoel dat ik het moet kunnen winnen. Dat lukt niet altijd, maar je móét erin geloven. Een jaar tot anderhalf jaar geleden maakte het niemand echt wat uit als ze tegen me moesten spelen. Nu ben ik een ander soort obstakel. Ik voel me sterker, gretiger en ik ben nog lang niet klaar.”